Categorieën
Op een zaterdag staat Arne al een tijdje op Wolf te wachten. De slimme herdershond helpt zijn baasje en brengt een krant naar een afgelegen woning. Maar het duurt wel lang, vindt Arne. Zou er iets gebeurd zijn?
Even later komt Wolf gelukkig te voorschijn. Meteen neemt hij Arne mee terug naar het bos. Aan de rand van een open plek blijft Wolf staan en jankt zacht. Arne ziet een flauw schijnsel uit een gat in een lage heuvel komen en hij hoort twee mannen met elkaar praten. Foute boel, denkt Arne meteen. Snel belt hij Paul en even later luisteren ze samen verder. 'Goud', 'zilver' en 'glimmende steentjes' horen ze zeggen.
''Man, wat zijn we nou weer op het spoor,'' fluistert Arne.
''Dat kun je wel zeggen, ja,'' is Paul het met hem eens. ''Aan dat gat zit duidelijk een luchtje en onze Wolf heeft dat geroken.'